maandag 29 november 2010

The return of old faces

Zo, en toen zaten de tentamens erop! Als het goed is heb ik vier van de vijf gehaald, en misschien dat ik de laatste ook gehaald heb maar dat weet ik niet zeker. Ik heb in ieder geval weer een enorme hoeveelheid aan albums om te reviewen, waaronder Dark Moor, Teräsbetoni, Intronaut en Solefald. Ook heb ik al beslag weten te leggen op het nieuwe album van Motörhead, dat weer eens ouderwets gelekt is. Ik hoop ook deze week mijn essay over pagan metal af te maken, dat ligt er al een tijd.
Je ziet het wel verschijnen. En dan nu over naar de gang van zaken!


Oh fok! Mijn uitgewerkte nieuwsitems staan op de andere pc... Dan maar ander leuk nieuws.
  • System Of A Down keert terug! De band zal volgend jaar een aantal shows spelen. “Hello All, we are excited to announce that System will be playing some dates together in 2011. 
    We also want to thank you for your loyalty and support, not only to System Of A Down, but to all of our solo efforts as well. We have no master plan of sorts - we are playing these shows simply because we want to play together again as a band and for you, our amazing fans. 
    We look forward to seeing all of you!  Geruchten dat de band op Download zal gaan spelen zijn nog onbevestigd.
  • Pestilence is de studio in getrokken om het album Doctrine op te nemen. 

REVIEWS

Underoath - Ø (Disambiguation) (Metalcore)

Laat ik maar eerst zeggen dat ik niet bekend ben met eerdere albums van Underoath. Christelijke bands benader ik altijd met wat gezond sceptiscisme. Ø (Disambiguation) is al het zevende album.
Net als vrijwel elke metalcore band mengt Underoath grunts met cleane zang, en als unicum vermengt de band ook nog subtiele keyboardlijntjes in hun muziek. De band durft ook nog wel eens te experimenteren.

In Division laat meteen horen waar we aan toe zijn: electronica luid de track in, waarna de typisch sound zijn intrede doet. Verwacht op de eerste helft van het album geen heel grote verassingen. Nummers als “Paper Lung” en “Incline” laten een volwassen metalband horen.
Pas met “A Divine Eradication” doen de experimentelere elementen hun intrede. “Reversal” bijvoorbeeld is een korte interlude die een uitstapje naar de wereld van de noise.
“Vacant Mouth” knalt er daarna lekker in, met beukende drums en schreeuwzang. Underoath toont meer diepgang dan een gemiddelde metalcore band, en ik denk dat dat zeker aan de keyboards ligt.
Afsluiter “In Completion” is dan wel mijn hoogtepunt van het album.

Komt deze review wat ingehouden over? Dat komt omdat ik niet helemaal wild ben van dit album.
Het is zeker geen slecht album, maar het doet niet heel veel met me. Ik weet niet waarom. Ik kan het geëxperimenteer en de aparte structuren wel waarderen. Het geeft Underoath een eigen sound en dat is toch al wat waard in deze tijden van muzikale eenheidsworst. Misschien is dit album wel datgene waar je op wacht, voor mij is het niet meer dan een “lekker bandje.”

75/100

Sodom – In War And Pieces (Thrash Metal)

Wie anders belichaamt thrash metal meer dan Kerry King? Wat dat betreft zijn er voor mij maar drie antwoorden mogelijk en die komen alle drie uit het machtige Deutschland. Mille Petrozza, Schmier en natuurlijk Tom “Onkel Tom” Angelripper. Kreator heeft vorig jaar knalhard overtuigd met “Hordes Of Chaos” en van Destruction mogen we volgend jaar een werkstukje verwachten. Gelukkig weet Onkel Tom donders goed dat de wereld behoefte heeft aan puike thrash metal van Duitse makelij en levert hij met zijn Sodom hier het dertiende album af.
En neem van mij aan dat de recente worpen van Slayer en Metallica vergeleken met deze schijf geen hol met thrash metal van doen hebben. Dit is pure thrash zoals ik het graag heb. Retestrakke scheurende riffs, hyperactive drums, knarsende bas en de uitmuntende schreeuwzang van Tom. Sodom weet heel goed dat hun fans geen verassingen verwachten. Waar zowel Kreator als Destruction middelmatige perioden kenden heeft Sodom steeds trouw vastgehouden aan hun sound. Deze ligt dan ook in handen van Onkel Tom, maakt niet uit wie er aan zijn zijde staan. Vergelijk het met Motörhead, als Lemmy zingt, is het Motörhead. En als Onkel Tom zingt, is het Sodom… Tenzij hij over bier zingt, dan is het Onkel Tom met zijn soloband.

En wat levert Sodom hier af? Een retestrakke schijf. We trappen af met de titeltrack, die meteen een van de weinige ingetogen momenten kent, meteen aan het begin. “Om er maar vanaf te zijn” zullen de Duitsers gedacht hebben. “Hellfire” volgt. En dat nummer is net zo furieus als de titel doet vermoeden. Deze mannen worden ouder, maar zeker niet slechter, net als een goede whiskey. Wat opvalt is dat Tom veel meer met zijn stem doet dan ik (persoonlijk) van hem gewend ben. Hij zoekt meer de lage regionen op en klinkt vij vlagen zelfs gutturaal. Een goed voorbeeld is “Feigned Death Throes.” Luister maar en ontdek dat de zang niet typisch Onkel Tom is. Ik weet niet hoe dit zit met de eerdere albums van Sodom, want ik ben niet bekend met al hun werk. Maar het is of dát, of er doet een gastzanger mee, óf het is één van de andere bandleden.
De song “God Bless You” is dan wat gevarieerder. Dit nummer begint akoestisch en clean, om daarna uit te barsten in een monsterlijke riff, zowel catchy als ruig.
Hoogtepunt voor mij is “Knarrenheinz” want dat is pure thrash ten top. Alles vaan de scene, hell, alles waar Sodom voor staat komt samen in één knallend, Duits, thrash-anthem.

Er is toch iets wat is mis. De productie is me nét iets te glad. Alles is duidelijk te horen, maar het is net alsof er een deel van de energie verloren gaat. Dat is jammer, want als ik naar thrash metal luister wil ik graag het idee hebben dat ik erop kan moshen tot ik mijn rug breek. De kracht is niet helemaal weg want Sodom is tenslotte een ervaren band, die weet wat ze wil en hoe die energie los kan komen. Maar helemaal van de grond komt het toch niet. Het is iets wat ik wel bij Kreator en Legion Of The Damned voel.
Maar doet dat heel erg veel afbreuk aan de plaat? Nee, In War And Pieces is gewoon lekkere thrash metal, exact wat er van Sodom verwacht wordt. En dat is toch wat we willen? Dacht ik ook.
Dikke vette voldoende voor drie dikke vette Duitsers.

88/100

Impaled Nazarene – Road To The Octagon (Black Metal)

Impaled Nazarene is weer zo;n band die de succesformule al tijden te pakken heeft. Woest beukende black metal met een stevige scheut punk. En al jaren is die mix ongezijzigd. Twintig jaar om precies te zijn, twintig jaar gevuld met 11 albums, een live-album en verschillende singles en EP’s. Ruim 18 jaar na het debuut “Tol Cormpt Norz Norz Norz...” is er Road To The Octagon. En gelukkig leidt deze weg niet naar het album Octagon van Bathory!

Meteen is het knallen geblazen! IN beukt er heerlijk in met “Enlightenment Process.” Die knarsende gitaar en de waanzinnige schreeuwen van zanger Mika Luttinen hoort elke metalhead te kennen. Rustpuntjes? Daar doet deze band niet aan. Van begin tot eind trappen ze het gaspedaal lekker in. En dus kunnen er lekker headbangen op knallers als “Under Attack”, “Reflect On This”, het ambient beginnende “Cult Of The Goat” en het punky “The Plan.” De blastbeats en tremoloriffs vliegen je om de oren. Het is jammer dat deze unieke sound juist ook een groot nadeel voor de band vormt. Want de songs zijn allemaal kort en krachtig. Er staan dertien songs op de plaat, die 33 minuten duurt. Dus een gemiddelde lengte van 2:50. Dat heeft tot gevolg: eenheidsworst. De songs gaan op elkaar lijken! En omdat Luttinen geen echte refreinen zingt maar meer losse kreten uitbraakt zijn er ook geen vocale elementen waaraan je je kan vastklampen. Je moet het met de riffs doen, maar helaas zijn black metal riffs niet de meest pakkende. De sterke songs concentreren zich op de eerste helft van de schijf.

Maar Impaled Nazarene stelt niet teleur. De band doet precies wat er van ze verwacht word. Ik reken het ze dan ook niet té zwaar af. Maar misschien moet de band eens wat langere songs met echte “hooks” gaan schrijven. Ach wat lul ik ook, dit is gewoon een prima album, niets meer en niets minder.

76/100
Árstíðir Lífsins - Jîtunheima dolgferð' (Black/Viking/Folk Metal)

Eyjafjallajökull eat your heart out, want hier is Árstíðir Lífsins! Oftewel Seizoenen van het Leven. Als je die bandnaam al moeilijk vind, wacht dan maar tot je de songtitels lest. Deze zijn niet alleen in het IJslands, maar ook nog eens heel erg lang! Lees “þat Er Stormr Ok Bláköld Vatnssmíðin Litar Regna Borg” maar eens hardop uit.

Árstíðir Lífsins zit in het black/viking/folk hoekje van de metal, maar houd zich verre van de clichés die zich met deze genres voordoen.Ik heb de teksten niet voor me, en als ik dat had kon ik ze toch niet lezen, maar ik vermoed dat ze gaan over IJslandse themas (natuur, sagen e.d.)
De songs zijn lange uitgesponnen epossen vol progressieve hoogstandjes. Denk dan niet aan overdreven technische capriolen of lange solo’s, maar denk aan majesteuze koorzang, atmosferische black metal met ijle vioolsolo’s en akoestische passages. Het einde van “þat Er Stormr Ok Bláköld Vatnssmíðin Litar Regna Borg” is een goed voorbeeld. De muziek doet denken aan Imperium Dekadenz, maar een eenzame viool vlecht zijn melodie door de blastbeats en zware koren herhalen de woorden hypnotisch.

Jîtunheima dolgferð' begint met het instrumentale “Ísa Brots Blómin Milli Hnignunar Marnars Barna”, een kort intro voor de tweede track “Morgunn Í Grárri Vindhjálmars þoku Við Berufjörð.” Het “intro” van deze song duurt tweeënhalve minuut, voor het losbarst in black metal furie. Vanaf dan is het album louter hoogtepunten aan elkaar. Van het furieuze “Haka Kleifir Berja Ok Brjóta Við Enda Langrar Ferðar Sinnar” tot het statige en majesteus aandoenende “Lifðu Með Öðrum, Með þínum Eigin.”
Meest experimentele track is “Eigi Hefr Á Augu, Unnskíðs Komit Síðan.” Dit nummer is een a capella gezongen stuk, waarin solist en koor elkaar afwisselen. De solostem zingt zeven minuten lang (!) dezelfde melodielijn, de koorstemmen wisselen een paar melodieën af. Dit is een uitzonderlijk nummer, nog nooit heb ik zo’n track op een album gehoord. De melodie is hypnotisch, een beetje als een mantra. Erg apart, maar het bevalt me wel.

Árstíðir Lífsins is een band die de sfeer van IJsland uitademt in alle aspecten. De muziek is koud, de zang ijzingwekkend maar de akoestische elementen zijn warm en geruststellend. Misschien denk je “goh, die band heeft vast veel ervaring.”  Dat is juist het bijzondere, Jîtunheima dolgferð' is het eerste album van deze band. Een album als dit afleveren als bekende naam is al knap, laat staan als debuutalbum. Misschien wel het beste debuut dat ik dit jaar gehoord heb. Árstíðir Lífsins is viking metal, maar zeker niet voor iedereen. Iemand met een bovengemiddelde interesse in Scandinavische landen zal er zeker raad mee weten, maar de gemiddelde Korpiklaani/Alestorm fan totaal niet. Ik reken me tot geen van beide categorieën, ik houd gewoon van deze muziek.
Árstíðir Lífsins, “ the thinking man’s viking metal”, zoals ik in de Rock Tribune zag staan.

80/100 

Hevisaurus - Hirmuliskojen Yö (Heavy Metal/Hard Rock)

In Nederland worden kinderen opgevoed met Jip en Janneke, kinderliedjes, Sinterklaas en de Kerstman. Qua kindermuziek hebben we K3, Dirk Schele en VOF De Kunst. In Finland worden kinderen opgevoed op metal! Dat verklaart waarom dat land zoveel bands uitpoept! Even serieus, Hevisaurus is een band die zich richt op kinderen, daarom dragen de bandleden enorme dinosauruspakken. Niemand weet wie erin zitten, maar vaststaat dat op hun eerste album Jurahevin Kuninkaat (Kings of the Jura) muzikanten als Jens Johansson (Stratovarius), Mirka Rantanen, Nino Laurenne (Beiden Thunderstone) en Henrik Klingenberg (Sonata Arctica) meespeelden.
En god wat is dit goede muziek zeg! Als ik mijn kinderen mee zou nemen naar een show dan ga ik nog losser dan die kids! Want deze Hirmuliskojen Yö (wat ongeveer vertaalt naar Dinosaur Night) is niet alleen fijne muziek, het is ook nog verdomd leuk om naar te luisteren!

Dit dino-collectief wordt geleid door Herra Hevisaurus, een tyrannosaurus met een goede zangstem. Verder hebben we nog Milli Pilli op keyboards, Muffi Puffi op bas, Komppi Momppi op drums en mijn favoriet, Riffi Raffi op gitaar, en ja, ik weet hoe ongelofelijk stom dit klinkt. De muziek van Hevisaurus is hard rock/heavy metal-achtig, met een jaren 80 feel. De band richt zich op kinderen, dus natuurlijk zijn de songs niet complex, de gemiddelde lengte ligt rond de drie minuten en het album bevat maar liefst 15 songs. Eigenlijk 14 en een intro…ach wat. Die nummers zijn erg pakkend, met heerlijke refreinen. Voor een kinderband is dit behoorlijk gevorderd! Want solo’s mogen niet ontbreken. We krijgen verschillende gitaar en keyboardsolo’s, en in één nummer “Eläintarhan Yövahti” (Ik denk dat het De Dierentuinoppasser betekent) is er volgens mij een cello-solo te horen. Ik zou het niet zeker weten, maar een Finse band waarvan het bekend is dat er gastmuzikanten meespelen met een cello-solo laat mij denken dat één van de mannen van Apocalyptica hierop meespeelt. Wie weet ontdek ik het ooit nog. Het intro van “Supersankari” (Superwarrior) lijkt heel erg op Jump van Van Halen, zo leren die kinderen hun klassiekers tenminste!

Tekstueel kan ik niet zo heel veel uitleggen, de band zingt in het Fins. Wel kan ik duidelijk zeggen dat ze veel over dinosaurussen zingen. Maar ook over kinderdingen. Zo heb je “Hevipitsaa”. Ik dacht dat pitsaa een of ander lastig Fins woord was. Blijkt het gewoon pizza te zijn! Dan hebben we nog “Mummon Mopo”, dat over een oma scooter gaat, “Hikka”, over het hebben van de hik, “Ruosteinen Robotti”, over een roestige robot en Justus Kummitus, over een spook genaamd Justus. Niet te moeilijk dus, maar vooral, erg grappig. “Muffi Puffin Oppitunti” verdiend een aparte vermelding want dat is een nummer waarin bassist Muffi Puffi kindjes het alfabet leert, ondersteund door een riff die zo van Pantera had kunnen zijn. Dit nummer en een paar anderen, bevatten ook gesproken stukjes, en ik vind het jammer dat ik geen Fins kan, want dat had de ervaring nog leuker gemaakt. Het valt op dat de kerel in het pak van Herra Hevisaurus best een moppie kan zingen. In het refrein van “Justus Kummitus” zit een erg gave uithaal. En de ballad “Takapiha” wist mij gewoon kippenvel te geven. Een erg mooi nummer, zelfs met een titel als “Backyard.” En helemaal op het laatst krijgen we “Kiire” (Haste). Een kort nummer, maar wel een keiharde thrashsong met blastbeats en iets wat op een grunt lijkt!

Ik heb me echt vermaakt met dit album. Dit is typisch zo’n album dat geen enkel metalblad/site gaat reviewen, want kom op, het is een kinderalbum. Ik vind echter dat niemand zich daardoor tegen moet laten houden. Want Hirmuliskojen Yö is misschien een album voor kinderen, het is een erg leuke release. Hevisaurus spreekt natuurlijk een heel select publiek aan want metal, kostuums en humor zijn niet de beste vrienden van elkaar, maar een open-minded persoon die best van een potje heavy metal houd schaft dit best aan. Muzikaal gezien is Hevisaurus niet de origineelste band, maar visueel en tekstueel zijn ze origineel als wat! Hirmuliskojen Yö is een album voor mensen die eens wat anders willen, die van jaren 80 rock houden en mensen die vinden dat muziek vooral leuk moet zijn om naar te luisteren. Ik behoor in ieder geval tot de laatste categorie. Dit is een album voor metalkids, maar ook hun metalouders zullen plezier hieraan beleven. En nu kunnen ze met hun koter naar een concert zonder zich te schamen! So hands in the air, swing your hair around, open the door, get on the floor, everybody walk the dinosaur!

95/100


The Ocean – Anthropocentric (Post-Metal)

The Ocean…een band net zo mysterieus en onbegrijpelijk als zijn waterige tegenhanger.
Ik zeg dan ook niet te veel op mijn woorden af te gaan maar deze eigenzinnige band zelf eens te gaan beluisteren

Het tweeluik Heliocentric/Anthropocentic is een concept van The Ocean om alle fundamenten van het Christendom eens lekker te ondermijnen. Interessant concept van een interessante band. Want de muziek van The Ocean laat zich niet erg makkelijk ontleden. Dan is het weer keiharde ostinate metal, en dan volgt weer een rustig, bijna jazzy stuk. Electronica vind zijn weg naar de muziek en de zanger bedient zich van een prima zangstem en gestoorde screams. Goed voorbeeld van de apartheid van The Ocean is Ptolemy Is Wrong van Heliocentric. Het nummer is bijna een pop/jazz/piano ballad. Op Anthropocentric zijn die stukken minder. Anthropocentric is harder dan de voorganger, maar zeker niet experimenteler. Wille Zum Untergang is een uitschieter hier. Een erg mellow track, gevolgd door het rauwe Heaven TV. Ik hoor invloeden van The Dillinger Escape Plan in The Ocean, maar ook Meshuggah en Nevermore. Ik vind wel, dat als je Anthropocentic koopt (want jullie zijn allemaal heel erg braaf natuurlijk) je ook Heliocentric moet binnenhalen. De twee vormen tenslotte een dubbelalbum.

Mijn advies is deze aparte band zelf maar eens te beluisteren en zelf te oordelen wat je ervan vind. Ik geef hetzelfde oordeel dat ik ook aan Fejd gaf: een beetje vreemd, wel erg lekker.

83/100 (70 voor de muziek, 10 voor de experimentatiedrift) 


Obscurity – Tenkterra  (Pagan Metal)

De naam Obscurity riep niet meteen de associatie van een pagan metal band bij me op.Dus wel, ik weet niet hoe deze Duitse band al die jaren onder mijn rader uit heeft kunnen glippen, Obscurity is namelijk al toe aan hun vijfde album. Ik heb de vorige albums Várar en Slachten & Legenden niet in hun volledigheid geluisterd, maar de nummers die ik gehoord heb liggen in het verlengde van wat Obscurity op deze Tenkterra  laat horen.

En wat Obscurity laat horen is goed. Een heerlijke pot metal die niet té vaak op de rem trapt. Qua referentiekader is Varg het enige dat ik op kan geven. Albumopener Keltilwald laat dat al meteen horen. De bassdrumroffels vliegen om je oren. De epische riffs geven de songs herkenbaarheid, want voor een band zo extreem zijn de nummers behoorlijk catchy. Voorbeeld: Blut Für Blut. Catchy en bruut, wat wil een woeste metalviking nog meer? Songs als V Legion en Germanicus Rache blijven moeiteloos overeind naast het langzamere Grenzland.

Tenkterra is een uitstekend album geworden. Zowel om te headbangen als om mee te brullen. Wie zei er dat je veel woorden nodig hebt om je mening te geven? Gewoon kopen die handel!!

94/100

JUKEBOX


Stay metal \,,/

woensdag 17 november 2010

Pass the dutchie on the left hand side

Zo, op school gaat het goed. De eerste 12 studiepunten zijn in de pocket, leren voor de tentamens is onderweg en met een beetje geluk ben ik meteen klaar met Nederlands en Engels. En ik kan nu ook zeggen dat ik een belangrijke auditie eraan heb komen, waar ik heel erg veel zin in heb :)
En god wat wil ik veel reviewen nog. Ik schuif reviews voor Forbidden en Aborym op de lange baan, voorlopik ga ik alle tijd nodig hebben om het nieuw album van The Ocean te doorgronden. Wat concerten betreft, reken niet op verslagen tot maart, dan zijn Paganfest 2011, Epica, en misschien Sonata Arctica. En met een beetje geluk ga ik ook naar Children Of Bodom, Machinae Supremacy en Ensiferum! Wat een package!


  • Amon Amarth heeft de studio betreden. Jippie!!
  • Hier kan je het nieuwe album van God Dethroned alvast streamen. Under The Sign Of The Iron Cross komt op 19 november uit.
  • De Duitse band Obscura is klaar met de opnames van het nieuwe album Omnivium. Het album komt in maart 2011 uit.
  • Nieuwe clip van Death Angel kan je onderaan beluisteren
  • En hetzelfde geld voor Yarilo van de Russische band Arkona
  • Het nieuwe album van Agalloch, Marrow Of The Bone, kan ook gestreamd worden en wel hier.

  • Een nieuw album van het eenmans leger en het ondode kwartet One Man Army And The Undead Quartet is in aantocht. The Dark Epic komt op 25 februari uit en zal songs met de titels Sandman Apocalypse, Stitch, The Pleasures Of Slavery en The Zombie Syndrome bevatten.
  • Ook Korpiklaani is de studio in. Het nieuwe album Ukon Wacka komt op 4 februari uit. Hier kan je alvast een filmpje van de band in de studio bekijken, compleet met een nieuw nummer!
  • En voor de Tolkien liefhebbers: Battlelore heeft het nieuwe album Doombound af en het komt op 28 januari uit in Europa
REVIEWS

Gwar – Bloody Pit Of Horror (Thrash Metal)

Tijd voor viezigheid, tijd voor Gwar! Bloody Pit Of Horror is het twaalfde album van deze ranzige punkmetallers. Waarom deze heren in die pakjes rondlopen ga ik je niet vertellen, dat zoek je zelf maar op.

Vanaf Zombies, March is het duidelijk dat Gwar niet heel erg aan hun geluid gesleuteld heeft. Sinds Violence has Arrived is hun geluid meer en meer richting metal geslopen. Op Bloody Pit Of Horror is de punk weer een beetje terug. Zombies, March is een uitstekend voorbeeld.
De kenmerkende schreeuwstem van frontman Dave, eh pardon, front-alien Oderus Urungus torent hoog boven de chaos van de drums en gitaar uit. Kennelijk worden er op dit album 8-snarige gitaren gebruikt, en dat hoor je wel. Maar Gwar haal geen technische capriolen uit. Songs als Storm Is Coming, Beat You To Death en Hail, Genocide zijn echt Gwar ten voeten uit.
Maar Gwar experimenteert ook een beetje. Na de harde opener Zombies, March komt Come The Carnivore, een doomy song, die in de verte wel een beetje aan Ahab doet denken. You Are My Meat is grotendeels akoestisch. Om dit nummer hangt een onheilspellende sfeer die nergens anders op het album terugkomt.
Nog twee aanraders: Tick Tits en KZ Necromancer. Deze laatste gaat over de “horror dokter van Auschwitz” Joseph Mengele, de “angel of death.” Vraag aan je opa en oma wat ie deed. Tick Tits heb ik bewust tot het laatst bewaard want het is denk ik het beste nummer van dit album en een uitstekende bloemlezing van alles waar Gwar voor staat. Lekker ruige thrash-punk, met een hoog comedy-gehalte, maar wel met een groot talent voor riffs.

Als Gwar je hiervoor al niks deed zal Bloody Pit Of Horror daar niks aan veranderen. Het album breit gewoon voort op de uitgebreide discografie van de band. Als Gwar wel je pakkie an is, of je gewoon lekker thrash metal wilt die zichzelf niet al te serieus neemt dan is Gwar perfect voor je. Bloody Pit Of Horror is een prima album dat door het gevarieerde songmateriaal de middenmoot weet te ontstijgen. Een klapper van een album is het echter niet. Maar ach, ook buitenaardse wezens worden een jaartje ouder.

77/100

Fejd – Eifur (Folk)

Ja, je leest het goed. Folk. Folk. Maar man, wat een goede folk. Fejd is een Zweedse band, opgericht door de broertjes Rimmerfors en leden van de metalband Pathos.
Heel leuk allemaal.

Ik was zo dom om niet naar Fejd te luisteren voor ik naar Wacken 2009 ging. Had ik dat maar gedaan, dan had ik nu kunnen zeggen dat ik Fejd live gezien had. Wat een lekkere muziek zeg. De muziek laat zich omschrijven als akoestische folk-rock. Letterlijk. De broertjes Rimmerfors spelen nyckelharpa, draailier en bouzouki en dat zijn dan ook de lead-instrumenten bij Fejd. Kennelijk speelt iemand keyboards maar ik denk dat hij de ook draailierspeler is, omdat ik duidelijk nyckelharpa en draailier samen hoor. De drums worden vanuit een metalbenadering gespeeld, dus een echt drumstel en af en toe lekkere twin-kick roffels.
Het album begint met Drängen Och Kråkan, een enorm lekker dansbaar deuntje. Zo’n ploert die zich in je hoofd nestelt en er niet meer uitkomt. Het hele album is doorspekt met dat soort nummers. Dansen en springen geblazen dus, op ondermeer Gryning, Farsot, Eifur en Yggdrasil. Ook melancholie komt aan bod, zoals op het korte, a capella gezongen Varstäv. Er staat ook een episch nummer op het album, het zeven minuten durende epos Arv.
Maar over het algemeen zijn de songs vrij opgewekt. Ik voel een soort natuurkracht achter de muziek, als of de Zweedse woudgoden zelf de muziek hebben opgeleukt met hun energie.

Fejd levert een erg leuk album af. Zeker voer voor folk metal liefhebbers en liefhebbers van Scandinavische folksmuziek. Jammer dat de songs op de tweede helft van het album een beetje eenheidsworst vormen. Maar verder is Eifur een lekker album. Een beetje vreemd maar wel lekker.

75/100

Amberian Dawn – End Of Eden (Symphonic Metal)

Sommige bands weten de succesformule al heel snel te vinden. Het Finse Amberian Dawn is zo’n band. Al op het eerste album River Of Tuoni liet de band een knap staaltje symfonische metal horen, met als grootste obstakel het onoriginele van hun muziek. Amberian Dawn klinkt namelijk als een kruising tussen Epica en klassieke Nightwish en wijkt daar niet vanaf. Opmerkelijk detail, net als Nightwish wordt Amberian Dawn geleid door een toetsenist die Tuomas heet.

De muziek is geen totale kopie van Nightwish. Amberian Dawn schrijft wat meer compactere songs en met uitzondering van het afsluitende War In Heaven blijft elk nummer netjes onder of net boven de vijf minuten. Het kopieergedrag is ook echt geen nadeel. End Of Eden bevat ongelovelijk sterke songs en het is duidelijk dat de band louter uit getalenteerde muzikanten bestaat.
Catchy songs met mooie sopraan zang van zangeres Heide Parviainen (wat is dat toch een rotnaam om te schrijven). 
Talisman, Come Now Follow en de single Arctica zijn alledrie lekker up-tempo meezingers. In Ghostly Echoes doen wat modernere keyboardgeluiden hun entree. De track is was experimenteler dan de voorgangers. Het volgende hoogtepunt is Blackbird. Deze song schreeuwt keihard “NIGHTWISH!!!” Maar gelukkig is het een erg goed nummer. Een nummer dat gegarendeerd de vuisten de lucht in krijgt . Field Of Serpents treed dan weer in de platgetreden power metal paden.
City Of Destruction begint met een heerlijke riff, die zo door de grootmeester Antonio Vivaldi geschreven had kunnen zijn. Het couplet doet wat progressiever aan, terwijl het refrein opgewekt en bijna danserig is. In deze song zit ook een gastbijdrage van toetsenwizard Jens Johansson.
Het aansluitende Virvatulen Laulu is een aparte track. Het is een symfonisch operastuk, een aria zo je wil. Zangeres Heidi gaat in duet met de Finse operazanger Markus Nieminen. Uitvoering: vlekkeloos. Instrumentatie: prachtig. Passend op album: mwoah. Nodig: nee. Geschikt voor iedereen: nee, maar wel voor iedereen die van dit soort muziek houdt. Mijn punt: leuke track, maar als ik naar een metalalbum luister wil ik eigenlijk metal, en geen opera. Het is een mooi lied en past bij het album  maar toch de vreemde eend in de bijt.
Afsluiter War In Heaven is een doomy track. Hij sleept maar voort en voort en treed nooit in up-tempo gebied. Ook hier zit een solo van Jens Johansson in. Een redelijk nummer, maar het laat me wel met een afwachtend gevoel. Het is alsof er nog een track na had moeten komen.

End Of Eden is een lekker plaatje geworden maar zeker niet meer dan dat. De band vindt het wiel niet opnieuw uit, maar heeft net iets dat ze uniek maakt. Liefhebbers van Nightwish met Tarja moeten Amberian Dawn zeker even checken. Voor mij is End Of Eden niks meer dan een lekker plaatje voor af en toe.

73/100

Ja, een beetje in de middenmoot vandaag. Ik heb nog geen keiharde knallers gehoord. Maar de nieuwe God Dethroned is over twee dagen uit dus dat wordt knallen geblazen!
En verder raad ik Deathspell Omega - Paracletus aan iedereen die van aparte (black) metal houdt aan. Ik kan er geen zinnig oordeel over kwijt, dus oordeel zelf!


JUKEBOX


Zo! Dat is veel! Ja, ik weet het, ik verwen jullie. Nou hup, ga wat doen met je leven!

Stay metal \,,/

zaterdag 6 november 2010

Green people and bondage goat zombies

Mensen vragen me wel eens, wat vindt je nou zo goed aan die herrie die je metal noemt. Ik antwoord altijd trouw "dat weet ik niet, ik vind het gewoon goed." Waarom zeg ik dit? Omdat als ik het ware antwooord zeg, ik mensen toelaat in een wereld waar ze niet thuishoren. Zo voelt het voor mij in ieder geval. Hoe cliché het ook klinkt, metal voel je in je hart. Metal draait om emotie. In metalmuziek zit een zeker gevoel dat alleen merkbaar is voor hen die ervan houden. De rauwheid van de muziek en de energie van optredens vormen een uitlaatklep voor alle negatieve emoties, zowel van band als van publiek. Deze energie is nou eenmaal intens en als je er nu niet tegen kan zal je er nooit tegen kunnen. Toen Black Sabbath met hun eerste album kwam zei de mainstream "hier moeten wij niks van hebben." Maar een select groepje mensen zei "ik wil dit." Zij zagen dat de wereld die Sabbath creerde op die plaat niet zomaar een hoop herrie was. Zij zagen licht waar anderen duisternis zagen. En zo is het nog steeds. Je kan niet aan niet-fans uitleggen waarom Cannibal Corpse, die alleen maar over het vermoorden en martelen van mensen zingen zo veel fans hebben. Ik kan dat ook niet. Maar ik weet wel, dat metalheads schoonheid kunnen zien in dat wat de mainstream "herrie" noemt. Wij zien hoe mooi de rauwheid van Slayer is. Metal is een gevoel. Metal is een levensstijl. En om een bekende jazz-zanger te parafraseren: als je moet vragen wat metal is zal je het nooit weten.

NIEUWS


  • Het nieuwe album van Belphegor zet de traditie van Dimmu Borgir voort (drie lastige woorden die geen relevantie met elkaar hebben) en noemt hun nieuwe album Blood Magick Necromance. Het artwork is ook al bekend en de schijf moet op 14 januari uitkomen. 
  • Sceptic Flesh heeft de opnames van hun nieuwe album voltooid. Ze werkten samen met het Prague Philharmonic en Peter Tägtgren. De plaat moet in het eerste kwartaal van 2011 uitkomen.
  • In Flames is de studio in voor hun eerste album zonder Jesper Strömbladt.
  • Ex-Mushroomhead gitarist JJ Righteous is overleden. Hij speelde op de eerste drie album van de band, Mushroomhead, Superbuick en M3.
  • Het nieuwe album van de Duitse vikingen van Varg heet Wolfskult en komt op 25 februari uit. Dat geeft me een maand om het album in me op te nemen voor Paganfest 2011.
  • De nieuwe dvd van Behemoth is uit. Geen nieuws meer over Nergal.
  • Het nieuwe album van Die Apokalyptischen Reiter heet Moral & Wahnsinn en zal ook op 25 februari uitgebracht worden.
  • Samael heeft het nummer Antigod, van hun nieuwe EP op myspace gezet. 


REVIEWS

Madball – Empire (Hardcore)

Madball. De koningen van de hardcore. De meesters, de vernietigers. En de koning zet de kroon nog maar eens steviger op want Empire is een verscheurend monster van een album zoals dat alleen in New York gemaakt kan worden!

Vanaf opener Invigorate is het duidelijk dat Madball weer kont gaat schoppen. De kenmerkende stem van zanger Freddy Cricien doorboort je trommelvliezen en de opzwepende muziek dwingt je om te moshen. Madball heeft altijd hardcore vanuit een metalbenadering gespeeld en volgens Freddy wilde men dit keer meer vanuit hardcore schrijven (Aardschok 11 2010). Madball heeft echter nog steeds metalballen! De songs zijn wel korter en tjokvol energie dus met de hardcore attitude zit het wel snor.. Van snelle beukers als Glory Years, Spider’s Web en R.A.H.C. (Real American Hardcore) tot groovende monsters als Con Fuerza en Timeless, Empire heeft het allemaal.
De boodschap is nog steeds eerlijkheid, respect, voor jezelf opkomen en vechten om ellende te boven te komen. Dat is een aspect van hardcore dat vaak vergeten word. Hoewel de muziek hondsagressief is, is de boodschap altijd positief.

Ik ken de hardcore scene niet bijzonder goed, maar voor mij heeft Madball de beste hardcore plaat van dit jaar, en misschien zelfs van hun hele carriere afgeleverd.
Madballs keizerrijk is andermaal onoverwonnen!!

90/100

Gwydion – Horn Triskelion (Folk/Viking Metal)

Folk/viking metal uit Portugal, het kan niet veel gekker worden! Oh nee wacht, dat kan wel. Gwydion is namelijk GOEDE folk/viking metal uit Portugal!!
Van de obligate instrumentale opener tot afsluiter Six Trials To Become A Beerzerker (geen typfout!) staat Horn Triskelion vol prima uitgevoerde folky viking metal.
De eerste echte track Fara I Viking trapt al prima af. Gwydion beheerst de kunst van het goed keyboarden en ook de samenzang is toppie. Natuurlijk is geen folk metal plaat compleet zonder drinklied en op Horn Triskelion heet het drinklied Mead Of Poetry. Het valt me op dat Gwydion op dit album een goede balans tussen hupse deuntjes en epische metal heeft gevonden. Vooral Mead Of Poetry en Odhinns Cult (hoomba hoomba hoomba-HEY!) zijn lekker springerig. Niets wordt te veel gebruikt en de nummers lijken niet op elkaar.
Tot mijn grote verassing doet in Triskelions Horde Is Nigh een doedelzak zijn intrede. Ik geloof dat dit een conceptalbum is, maar ik weet het niet zeker.
The Terror Of The Northern klinkt exact als de titel doet vermoeden: lekker duister, met teksten over bloeddorstige vikingen.
Ik weet eigenlijk niet zoveel te zeggen. Dit is gewoon een goed album. De mix had wat beter gekund, de gitaren worden overstemd door de drums en keyboards. Voor de rest is Horn Triskelion gewoon lekker folk/viking metal. Niet voor mensen die iets bijzonders willen, wel voor de liefhebber.

70/100

JUKEBOX


Stay metal \,,/



woensdag 3 november 2010

Just dumpin'

Ja ja, daar issie weer hoor! Ik wil van mijn reviews af dus dit word een kort introotje.

Zo, klaar!


Elvenking – Red Silent Tides (“Folk”/Power Metal)

Elvenking was de laatste album wat aan het zwalken met hun muzikale koers. Na drie albums van Skyclad-achtige folk/power metal toonde The Scythe een volwassener, donker, en meer sinistere kant van het Italiaanse vijf (inmiddels zes)tal. Opvolger Two Tragedy Poets (And A Caravan Of Weird Figures) ging weer terug naar de folkkant, en was een vermakelijk album om te luisteren. Nu is er Red Silent Tides en weer veranderd Elvenking van koers.

Red Silent Tides elimineert vrijwel álle folk elementen die nog in Elvenkings muziek zaten. De viool is naar de achtergrond verdrongen, en zijn plaats wordt ingenomen door catchy gitaar- en dito zanglijnen. Er is hier echter een reden voor. In 2007 is violist Elyghen wegens werkomstandigheden tijdelijk naar Ierland verhuist. En omdat de band kennelijk toch verder wil, is hij tijdelijk vervangen door ene Lethien. Lethien is echter een studiokracht en zal Elyghen niet vervangen. Dat is volgens mij de reden voor deze koerswijziging.

Maar is deze nieuwe koers slecht?  Bij Odin nee! Red Silent Tides levert een stel uitstekende songs op. Waaronder de romantische opener Dawnmelting en het übercatchy The Last Hour.
De nummers zijn pakkend, en lekker om op te headbangen. Zanger Damnagoras is er zeker op vooruit gegaan sinds Heathenreel. Op What’s Left Of Me keert de viool prominenter terug.

Red Silent Tides is een bewijs dat Elvenking vooruit gaat. Het heeft niet veel meer met Heathenreel of Wyrd te maken, maar het is nog steeds onmiskenbaar Elvenking. Fans die een nieuwe Heathenreel verwachten worden dan ook teleurgesteld. Fans van catchy metal, en misschien wel fans van progrock kunnen hier wel wat mee. Zodra dit album op je gegroeid is is het een Italiaanse parel.

80/100

Dååth – Dååth (Death Metal)

Dååth werdt een paar jaar geleden aangehaald als hét nieuwe metaltalent. Roadrunner zette een intensieve advertentiecampagne op touw en het duurde niet lang voor iedereen van de jonge band uit Atlanta. De twee albums The Hinderers en The Concealers waren innovatieve werkjes, met een soort death/thrash metal dat we nog niet gehoord hadden. En nu, ruim anderhalf jaar later sinds The Concealers, hebben we het zelfgetitlede album.

Dååth heeft geen ingrijpende stijlveranderingen doorgevoerd. Het enige dat veranderd is, is de afwezigheid van uitgesponnen keyboardlijnen. Dat valt simpel te verklaren: hun toetsenist is hem gepeerd. De extreme zang van Sean Z gaat door merg en been en is één van de troefkaarten van deze band. De andere kaart komt van de gitaartandem Eyal Levi/Emil Werstler. Ongelofelijk wat deze twee uit hun vingers persen. Deze samenwerking levert knalharde nummers op als Destruction/Restoration, Indestructible Overdose en Arch –Enemy- Misanthrope.
Deze plaat heeft een, zeker in de eerste helft van het album, nerveuze sound. Alles klinkt heel springerig, van de hak op de tak en het lijk alsof de groep te veel in de nummers heeft willen persen. Vooral drummer Kevin Talley kan er wat van. Hij is een zeer getalenteerde drummer, met een stevige bassdrumreflex (de man heeft bij Chimaira gespeeld, dat zegt wat), maar hij speelt zowat om de twee maten een break of roffel. Nooit speelt hij, zoals drummers dat noemen, “in dienst van het nummer”. Hij klinkt alsof hij vastbesloten is te laten zien wat hij kan. En dat is prima in een drumsolo, maar niet tijdens nummers. Het klinkt allemaal erg vervelend in je oren, zeker met een mp3 speler.
Ook ontbreekt enige structuur: riffs worden maar één keer per nummer gebruikt en nooit lang. De nummers duren gemiddeld drie minuten maar worden zo propvol geluiden gestouwd dat het niet fijn luistert.
Gelukkig hebben we wel nog de goede nummers, zoals Oxygen Burn, Manufactured Insomnia en vooral N.A.T.G.O.D.

Maar door het chaotische schrijven van de band is het onmogelijk deze plaat een hoog cijfer te geven. Ondanks het talent dat deze band heeft is deze vierde plaat niet van hetzelfde niveau als The Hinderers. Sterker nog, het ligt er ver beneden. Mij leek dit een goede kans om een goed naar Dååth te gaan luisteren maar ik blijf wel bij de vorige twee albums. Jammer maar helaas.

65/100

Cradle Of Filth – Darkly, Darkly, Venus Aversa (Extreme Gothic Metal)

Holy mother of Lord, Cradle Of Filth!! We hadden het aan kunnen zien komen toen Lilith Immaculate werd uitgebracht maar eigenlijk hadden we het niet verwacht. Cradle Of Filth is er in geslaagd weer een stapje verder op de snelheidsladder te klimmen.  
Oke, we kunnen er moeilijk omheen: de hoogtijdagen van Cradle Of Filth liggen ver achter ons. Na Midian heeft CoF nooit meer een plaat van datzelfde niveau kunnen maken. Damnation And A Day kwam nog wel in de buurt, maar met Nymphetamine en vooral Thornography leek het wel alsof de houdbaarheidsdatum verstreken was. De Britten lieten ook hun vampierlook achter zich en waagden zich aan een gothic S&M stijl (kom op jongens, tegen de 40 en nog strakke leren broekjes en visnetshirts). In 2008 kwam Godspeed On The Devils Thunder. Godspeed was een terugkeer naar de felle, in-your-face sound van weleer. Maar ik vond dat de plaat iets miste.
De bezetting is iets veranderd. Gitarist Paul Allender, bassist Dave Pybus en boegbeeld Dani Filth zijn zoals gewoonlijk nog steeds van de partij. Charles Hedger is vervangen door de terugkerende James McIllroy. Op toetsen vinden we nu Ashley Ellylon, voorheen werkzaam bij Amerikaanse collega’s Abigail Williams. Hmm, interessant… Abigail Williams is nu al hun symphonische invloeden kwijt en CoF klinkt bombastischer dan ooit. Ach, ik beeld het me vast in.

De muziek dan. Darkly, Darkly, Venus Aversa is zoals gezegd een tandje sneller dan zijn (haar?) voorganger. Al bij het eerste nummer, The Cult Of Venus Aversa, is dat te horen. Een barokachtig intro dat al snel duister wordt en waarin een sinistere vrouwenstem ons toespreekt. Vervolgens barst de song open met Dani’s hemeltergende vocalen. Het album beukt maar door en gunt ons weinig rust. Vanaf The Persecution Song kruipen er meer melodische leads in de muziek en word er iets aan snelheid ingewonnen. Betekend dit dat er helemaal niks spannends meer gebeurd? Jawel. Luister maar naar het eerder genoemde Lilith Immaculate. Een auraal speedfest waar menig power metal band nog heel wat van kan leren! En dan die vrouwenzang! Gewoon hemels.
Tegen het einde krijgen we nog Forgive Me Father (I Have Sinned). Een typische single. Erg poppy (voor CoF standaard) en té melodieus naar mijn smaak. Nou, voor CoF maatstaven dan. Waarom juist deze song als single wordt uitgegeven is me een raadsel want CoF zal toch nooit op reguliere radio of tv gedraaid worden. Ook geeft de track een compleet verkeerd beeld van het album. Hoewel het wel een mooi lokaas is voor mensen die met dit nummer voor het eerst in aanraking komen met CoF.
Beyond Eleventh Hour sluit het album mooi af, met alle elementen uit de voorafgaande songs.

Darkly, Darkly, Venus Aversa is een nóg betere plaat geworden dan Godspeed On The Devils Thunder. Het niveau van Cruelty And The Beast wordt weliswaar niet gehaald, maar wees eerlijk, Cruelty was een meesterwerk en dat zullen ze nooit meer overtreffen. Hang dus niet meer in het verleden en geniet van wat de huidige Cradle Of Filth ons brengt: een knaller van een plaat!

Oh en nog iets: Cradle Of Filth is GEEN black metal, zijn ze nooit geweest, en zullen ze ook nooit worden dus hou op met erover te zeiken!!!! Dat is alles wat ik daarover kwijt wil.

94/100

Machinae Supremacy – A View From The End Of The World (SID Metal) 

In mijn review van Melechesh schreek ik al dat het tegenwoordig verdomd lastig is om als artiest uniek te zijn. Ik noemde een aantal bands op en in dat lijstje stond ook Machinae Supremacy. Wat maakt deze jonge Zweedse band, waar bijna geen hond van gehoord heeft dan zo uniek? Heel simpel: ze versmelten twee werelden naadloos met elkaar: games, en metal. En niet in de zin dat ze Halo Reach spelen tijdens concerten! Nee, nee, Machinae Supremacy maakt lekkere Zweedse power/heavy metal en doorspekt deze met een assortiment aan Commodore ’64 gamegeluiden. Erg retro, maar toch modern. A View From The End Of The World is hun vierde album, vijfde als je de soundtrack voor de game Jets ‘N’ Guns meetelt. Laten we eens kijken hoe het geworden is.

A View From The End Of The World staat bomvol met echte Machinae Supremacy nummers.
Van het straightforward titelnummer tot het epische en met keyboards volgegooide Remnant (March Of The Undead IV). Daartussenin krijgen we onder andere Force Feedback, een MS-track ten top. Heerlijke riffs, de kenmerkende geluidjes die zich tussen de dikke laag gitaren doorweven, en dat alles wordt overgoten met de ietwat aparte stem van frontman Robert Stjärnström. Het eerste deel van het album bevat naar mijn idee meer “serieuze” songs. Nummers als Persona, Rocket Dragon en Nova Prospekt handelen over oorlog, het leven in een verzonnen wereld en dat soort dingen. Het korte intro World Of Light luid Shinigami in. Manga/anime fans opgelet: deze track gaat overduidelijk over Death Note. Een lekker up-tempo track, met een heerlijk refrein. Cybergenesis weet mij (nog) niet echt te overtuigen, wellicht moet ik het album nog maar een paar keren beluisteren. Wat me wel meteen trekt is het geweldige intro van Action Girl. Je kan de 8-bit poppetjes gewoon zien wandelen door een 8-bit wereld. Het roept beelden van Pokemon bij me op.
De volgende twee nummers zijn pure gamer-anthems. Crouching Camper Hidden Sniper is een haatsong voor   campers/snipers in shootergames. Robert zingt “I’m gonna do you a favor an not t-bag you for your behaviour”. Indiscriminate Murder Is Counter-Productive gaat dan weer over een gamer die een aanwijzing moet vinden maar iedereen uitmoord in de game. Twee erg leuke liedjes.
The Greatest Show On Earth is een ode aan de computergeneratie, en aan alles online. Dit lied is zo catchy dat het verboden zou moeten worden! Lekker refrein, lekkere solo en weer die fantastische gamegeluiden. En afgesloten wordt er zoals ik al zei met het epische Remant.

De sfeer van dit album is onbeschrijfelijk. Er steekt een hoop woede in, maar tegelijkertijd verteld de band je ook om nooit op te geven. Het is een erg positief album. Wat MS speciaal maakt is niet de drums, gitaar of zang, deze zijn uitstekend, maar toch redelijk basis. Erg technisch materiaal zal je niet aantreffen. De nummers hebben allemaal hun eigen identiteit en sound, ze lijken geen van alleen op elkaar. De variëteit aan gamegeluidjes is ook erg groot.
Ik heb me uitstekend vermaakt met A View From The End Of The World. Het is zonder twijfel Machinae Supremacy’s beste en meest gevarieerde album tot nu toe. Liefhebber van de Commodore ’64 moeten dit zeker beluisteren, maar ook fans van eigenzinnige unieke metal, hell, zelfs rock liefhebbers, moeten MS een kans geven. De zang zal wat gewenning vragen maar als je daar eenmaal voorbij bent is Machinae Supremacy gewoon één van de beste onbekende bands ter wereld. En dan ga ik nu op zoek naar de game The Great Giana Sisters, niet om te spelen, puur voor de soundtrack.

92/100

Zo, daar ben ik vanaf. Nu ben ik klaar voor november. En speaking of november, hier zijn de aankomende releases, zoals altijd gebruik ik de de lijst die op www.aardschok.com staat.

NOVEMBER

Aborym - Psychogrotesque
Russel Allen & Jorn Lande - The Showdown
Atheist - Jupiter
Bon Jovi - Greatest Hits - The Ultimate Collection 
Broughton’s Rules - Bounty Hunter 1853
Breed - Another War
Cough - Ritual Abuse
Crematory - Black Pearls (Best Of)
Engel - Threnody
GOD DETHRONED - UNDER THE SIGN OF THE IRON CROSS
Golden Resurrection - Glory To My King
Hardcore Superstar - Split Your Lip
Hate - Erebos
GWAR - BLOODY PIT OF HORROR
Heaven & Hell - Neon Knights: 30 Years Live At Wacken CD/DVD
Intronaut - Valley Of Smoke
Instanzia - Ghosts
Yngwie Malmsteen - Relentless
Milking The Goatmachine - Seven... A Dinner For One
MUSHROOMHEAD - BEAUTIFUL STORIES FOR UGLY CHILDREN
My Chemical Romance - Danger Days: The Life Of The Fabulous Killjoys
Nelson - Lightning Strikes Twices
Nucleus Torn - Andromeda Awaiting
Pallas - XXV
Phobia - Unrelenting
Poison Sun - Virtual Sin
The Poodles - No Quarter (Live)
The Poodles - In The Flesh (DVD)
SAMAEL - ANTIGOD
Sapiency - Fate’s End
Sargeist - Let The Devil In
Shining (ZWE) - Shining VII
SODOM - IN WAR AND PIECES
Social Distortion - Hard Times And Nursery Rhymes
Solefald - Norrøn Livskunst
Stonegard - Live At Rockefeller DVD
Therapy? - We’re Here To The End
Times Of Grace - Hymn Of A Broken Man
Traktor - Early Adopter
Underoath - Disambiguation
Vogelfrey - Wiegenfest
While Heaven Wept - Triumph: Tragedy: Transcendence-Live CD/DVD

DECEMBER

The Damned Things - Ironiclast
IZEGRIM - CODE OF CONSEQUENCES
Maiden United - Mind The Acoustic Pieces
PANZERCHRIST - REGIMENT
Searching For Calm - Celestial Greetings
Sinister - Legacy Of Ashes
Stormwarrior - Heathen Warrior
The Shadow Theory - Behind The Black Veil
Todtgelichter - Angst
Weedeater - Jason... The Dragon

JANUARI

Magnum - The Visitation 
StoneLake - Shades Of Eternity
Team Cybergeist - How To Destroy Something Beautiful
Timo Tolkki - Return To Dreamscape
Tokyo Blade - 1000 Men Strong
U.D.O. - REV-RAPTOR

Stay Metal \,,/