vrijdag 17 februari 2012

Filled to the edge


Het werd weer eens tijd en daarom is deze blog gevuld met reviews. De eerste pareltjes van Lamb Of God en Svartby staan er alweer tussen. En we krijgen mooie dingen. Epica, Heidevolk en Meshuggah brengen alledrie in maart hun nieuwe albums uit. Dat wordt dus smullen geblazen!!

REVIEWS

Lamb Of God – Resolution

Heeft Lamb Of God nog introductie nodig? Nee he? De aurale pletwals uit Richmond, Virginia rolt al ruim 20 jaar dwars door alle barrieres heen. Met Sacrament uit 2006 kwam eindelijk de doorbraak naar een groter publiek en Wrath uit 2009 consolideerde de positie van de band. Ruim 3 jaar later hebben we weer een nieuw album. En God behoede ons.

Wrath legde wat meer de nadruk op de melodische aspecten van Lamb Of God. Daardoor werd de brutale kant wat naar de achtergrond geschoven. Opener Straight For The Sun trapt af. Letterlijk. Logge ritmes, sludgy riffs en die monsterlijke strot van Randall D. Blythe. Die kerel gorgelt met accuzuur, ik weet het zeker! Hij toont nog meer dan op Wrath de veelzijdigheid van zijn stem, zonder die stem zou de band niet Lamb Of God zijn. Als we het hebben over de herkenbare elementen van LoG moeten we ook de drums van Chris Adler vermelden. Van de onmogelijke strakke ritmes, tot de splash- en ride-klanken en de piccolo-snare drum. Aan het einde van Straight For The Sun krijgen we een lekker semi-drumsolo en daarna trapt de band het gaspedaal compleet in met Desolation. Ik heb nog nooit zo’n verschroeiende opener gehoord. Gangshouts, twinkick salvo’s en technische riffs all over the place. Heerlijk.
Ghost Walking ligt dichter bij de southern metal invloeden van Lamb Of God, wat dus betekend dat er een dikke lading Pantera bij zit.

Het hele album zit propvol met het hardste werk van Lamb Of God sinds het debuut. De band doet waar ze goed in is: stompende composities vol woede maken. Guilty, het met d-beats volgepropte Cheated zijn goede voorbeelden. Met Barbarosa krijgen we een sfeervol rustpuntje halverwege het album, daarna knalt Invictus weer op volle snelheid door. De cleane zang maakt het nét dat beetje anders. Met nummes als The Undertow en The Number Six komt LoG ook wat experimenteler voor de dag, al moet je dat natuurlijk relatief zien.

Aan het einde krijgen we nog een southern metal nummer, To The End genaamd. Het is een goed nummer, maar toch minder dan de rest. Dat heb je wel eens, dat een nummer het gewoon niet doet voor je, zelfs al is de rest ijzersterk. Visitation is het laatste traditionele nummer want het album wordt afgesloten in stijl.
Episch is nou niet het woord waar je aan denkt bij Lamb Of God. Ik kan echter geen andere manier bedenken om King Me te omschrijven. Een klapstuk van bijna zeven minuten met een rustig intro en een speech van Blythe. Het klinkt allemaal alsof het een rustig nummer blijft maar de gitaren komen snel naar boven. Wat opvalt echter, is de orkestratie die boven de riffs uitschalt. Ja, je leest het goed, LoG goes symphonic! Natuurlijk hebben we weer de typische riffs, maar steeds weer komen de strijkers terug in het refrein. Het is uniek en zeer goed gedaan. Een apart experiment, maar het smaakt naar meer. Een heerlijke afsluiter.

Resolution is met afstand de beste LoG plaat tot nu toe geworden. De intensiteit is belachelijk hoog, de nummers zijn pakkend en technisch maar de productie is uitstekend. Het schijfje klinkt nergens overmatig gepolijst of machinaal maar juist heel organisch. Met 14 nummers en een tijdsduur van ruim 55 minuten misschien iets té lang, To The End had bijvoorbeeld best een bonus track kunnen zijn, maar ik denk niet dat iemand daarom maalt. Lamb Of God is een prachtig voorbeeld van een band die zijn eigen stijl heeft en toch weet te verassen en te experimenteren. Het jaar is net klaar en we hebben de eerste jaarlijst kandidaat alweer binnen. Goed gedaan hoor!

92/100


Svartby – Elemental Tales 
Na lang wachten is hier dan eindelijk het nieuwe album van de vrolijke trollenbende uit Rusland: Svartby. Na twee prima albums te hebben afgeleverd is het nu tijd voor Svartby om hun naam definitief te vestigen in de folk metal wereld. Wat kan je van deze band verwachten? Een gefreakte versie van Finntroll. Springerige ritmes, vrolijke deuntjes en keyboards die een sprookjesachtige sfeer weten neer te zetten. Voor het eerst zijn de teksten in het Engels, een bewuste zet. Veel afbreuk aan de sfeer doet dat niet, het zijn voornamelijk de toetsen die de sfeer neerzetten.

Het album begint met een atmosferisc instrumentaaltje, Impby genaamd. Dit hele album gaat over Imps en hun streken. Svartby heeft zes elementen bedacht (vuur, water, lucht, aarde, hout en paddestoelen) en hieromheen draait het album dus. Vandaar ook de titel. Scum From Underwater was al eerder op de wereld losgelaten maar deze versie heeft een andere bezetting en de productie is veel beter. De gitaren staan bruter en de toetsen klinken beter. En zanger Sartre is beter dan degene die de single volblafte. Jammer dat hij slechts sessiemuzikant is, het is te hopen dat hij aangenomen wordt. Boulder Massacration gaat verder in dezelfde stijl, lekker uptempo maar is toch wat minder pakkend. Sleeping Devils is wat rustiger maar zit nog steeds tjokvol toetsen en headbangmomenten.
Ook Done With The Wind en het sfeervollere Mushroom Rings zijn typische Svartby-nummers. Toetsenist Giftsvamp weet precies de juiste sfeer neer te zetten met zijn keyboards, hulde. Halverwege brengt Ash and Dust ons een klein rustpuntje. Een instrumentaal nummer, met een pakkende melodie. Maar daarna knalt Flaming Balls keihard uit de stereo. En weer doet de betere productie het nummer recht aan.
Morning Wood en de titeltrack sluiten het album af met heerlijke hyperactieve stuiterritmes.

Denk aan Finntrolls Under Bergets Rot, maar dan korter en een heel album lang. Dan heb je de essentie van Elemental Tales wel te pakken. Er wordt helemaal niks nieuws gedaan, geen experimenten, alleen die typische Svartby-sound die 11 prachtige songs produceerd. Slechts één groot probleem: het is te kort! De gemiddelde lengte is drie minuten en het hele werkje duurt een half uur. Natuurlijk luistert dit wel makkelijk weg, maar Riv, Hugg och Bitt was tien minuten langer en dat voelde wat completer aan. Dus boodschap voor Svartby: óf langere nummers, óf meer nummers. Dan zou het echt perfect zijn. De zang mocht ook wel ietsjes harder maar omdat de toetsen nu meer naar voren komen maakt dat niet zo veel uit. Het plezier dat in deze plaat zit is duidelijk en ik zet hem graag nog een keertje op.
Dus mensen van Rock The Nation: haal deze jongens naar Paganfest, Heidenfest of desnoods Black Trolls Over Europe. Ze verdienen het en ik weet zeker dat ze meer mensen van de vloer krijgen dan Korpiklaani op dit moment. Doen!

89/100

Eluveitie - Helvetios


Folk metal is populair, dat weten we allemaal. Eluveitie is al sinds 2002 één van de prominentste bands. Het Zwitserse (dat zouden we bijna vergeten) gezelschap maakt sinds de geweldige albums Spirit (2004) en Slania (2006) stevige melodische death metal met virtuoze fluitjes, draailier en viool. Sinds in 2010 Everything Remains As It Never Was uitkwam werd duidelijk dat Eluveitie zich in een neerwaartse spiraal bevond. Het album klonk ongeinspireerd, commercieel en bij vlagen gewoon saai. Het is aan het eerste conceptalbum van de band om de vieze smaak uit onze monden te spoelen, het liefst voor het Paganfest circus in maart arriveert.

Helvetios is een conceptalbum. Het gaat over de Gallische stammen in de Romeinse tijd. Ja, de Asterix en Obelix tijd. Maar dat is geen Asterix in het intro. Het is een of andere bejaarde acteur met een kanjer van een Schots accent. Meteen na het gesproken intro gaat Eluveitie keihard van start met de titeltrack en Luxtos. Het zijn typische Eluveitie 2.0 nummers. Kort, duidelijke structuur, melodische riffs en virtuoze folkriedeltjes.
Home is wat beter, met verschillende transities en pakkende melodieën. Zo zie ik ze graag! Jammer dan Scorched Earth dan een nog koudere kermis is dan het Noordpool Pretpaleis. Vier minuten eentonig gezang dat compleet de vaart uit het album haalt. Sfeervol ja, maar compleet filler.
Na het matige Meet The Enemy komt Neverland de score weer wat opkrikken. Vanaf nu gaat Anna Murphy (de jongedame op de draailier) een grotere rol krijgen. Ze zingt mee op Neverland en op A Rose For Epona zingt ze zelfs het hele nummer! Dat nummer is trouwens hit and miss. Het is zeker geen slecht nummer maar ik mis de folk wat. Meer fluitjes graag.
Havoc is één van mijn favoriete nummers. Lekker snel, zeer virtuoze instrumenten en woeste schreeuwen van Chrigel. Op dit nummer laat Eluveitie weer zien hoe vet hun eigen unieke folk metal eigenlijk is. Daarna halen The Uprising en Hope de vaart weer weg tot The Siege weer gas geeft. En weer met Anna, dit keer op grunts. Wat? Grunts?! Jazeker wel, dat kleine schattige meisje heeft een behoorlijk rauwe strot! Heerlijk. Het ligt in het verlengde van Havoc en ik vind het een gaaf nummer.
Alesia is epischer en ook mooi. Het refrein bevat andermaal Chrigel en Anna die samen zingen en hoewel het nummer wat meer gitaargedreven is heeft het een mooie brug met fragiele zang van Anna. Uxellodunon en een episch outro sluiten af en dan is er na bijna een uur een eind gekomen aan deze plaat.

Een dubbel gevoel heb ik hierbij. Helvetios is zonder meer beter dan zijn voorganger, maar er staan behoorlijk wat fillers op. De korte nummers passen niet bij Eluveitie, er moeten langere nummers op staan. Ik mis de Tegernakos en de Your Gaulish Wars. En dat is zonde. Want nu moet ik de plaat een langere score geven. Laten we hopen dat Eluveitie zich compleet hersteld op het volgende album. Paradoxaal genoeg zijn de kortere nummers lastiger te onthouden dan de lange. Wellicht is het de invloed van het grote Nuclear Blast. Helvetios is niet slecht, maar als je Everything Remains niet goed vond moet je je even goed achter de oren krabben voor je hem koopt.

70/100

Caliban – I Am Nemesis


Ik zal eerlijk zijn: Caliban kon me geen reet schelen. De manier waarop ze in de media als een standaard metalcoreband werden neergezet en het clichématige geluid dat ik op Youtube vond trokken me niet echt dichter bij de band. Uit nieuwsgierigheid klikte ik wel maar op de clip van Memorial. Heyhey, dat klinkt niet slecht. Beetje á la Heaven Shall Burn, maar ja, dat is een automatische vergelijking.

I Am Nemesis is natuurlijk al een veel vettere titel dan Say Hello To Tragedy of Shadow Hearts. De muziek die het bevat is keiharde op HSB-leest geschoeide metalcore. Maar dit keer zijn de cleane vocalen een stuk minder aanwezig. En laat me je zeggen: dat is goed!
Oh, en op opener We Are The Many brult Marcus Bischoff mee. Wie? Je weet wel, de zanger van, jawel, Heaven Shall Burn. Het hele nummer doet me sowieso aan HSB denken. Ik vrees dat ik deze vergelijking niet steeds mag maken, maar HSB is al jareneen zeer geliefde band bij mij en ik ken ze beter. Met de single Memorial betreed Caliban de traditionelere wateren. Redelijk standaard metalcore maar het zit hem in de sound van de productie. Die is namelijk moddervet.
Verder bediend Caliban zich van de standaard metalcore-sound. Vooral nummers als Davy Jones, Edge Of Black, Dein R3.Ich en Broadcast To Damnation zijn wat beter omdat ze nét wat afwijken van die typische sound. Caliban is niet bang om wat kleine keyboardjes te gebruiken en dat is best bijzonder. Oh, en bonustrack Modern Warfare is gewoon een moddervet nummer.

Al met al is Caliban nog steeds niet mijn favoriete metalcore band. Nee, het doet me allemaal te veel aan een mindere kopie van Heaven Shall Burn denken. Maar de nummers zijn wel degelijk van goede kwaliteit. Vooral Davy Jones is een persoonlijke favoriet. En aangezien ik hier op kan headbangen kan ik ze dus geen onvoldoende geven. Alleen voor fans van het genre dus.

76/100


Bleeding Through – The Great Fire

Het Amerikaanse Bleeding Through is altijd en een productieve band geweest. Sinds 2001 hebben ze zes albums uitgebracht, twee dvd’s en met The Great Fire is er nu een zevende album. Op de eerste albums werd de redelijk standaard metalcore, aangelengd met toetsen, matig ontvangen. Sinds The Truth in 2006 uitkwam brak de band door naar een groter publiek maar de ware gedaante kwam pas op Declaration (2008) aan het licht. De voorgaande albums waren redelijk zoet (relatief gezien natuurlijk) maar op Declaration liet de band een nieuw geluid horen: woest, razendsnel en pissed off. De toetsen stonden wat minder prominent in de mix en de gitaren waren lager gestemd. Op het titelloze album kwam deze tomeloze hardcore energie wat minder tot zijn recht door de vlakker productie maar The Great Fire toont weer een volop energiek Bleeding Through.

The Great Fire is het meest hardcore-esque en snelle album van de band uit Orange County. De mix tussen hardcore, death metal, melodische leads en atmosferische toetsen komt prima tot zijn recht. De productie is top, zonder dat er instrumenten verdrinken en qua energie kan hj wedijveren met Lamb Of God’s nieuwe kindje. De hervonden hardcore-edge uit zich onder meer in een kortere duur van de nummers. Opener Faith In Fire duurt nauwelijks twee minuten en het meerendeel van de nummers blijft ruim onder de 3,5 minuten. The Walking Dead is met ruim vier minuten het langste. Op zich is dit geen probleem, maar het kan moeilijk zijn houvast te vinden in een nummer omdat er weinig echt memorabele riffs in zitten. De hooks komen meer van het tempo en de zang. De eerste helft van het album komt over als één lang nummer en dat is op zich helemaal geen probleem, je moet alleen weten waar je je bevindt.

Van begin tot eind gaan we er furieus tegenaan. Faith in Fire en de opvolgers Goodbye To Death, Final Hours en Starving Vultures zijn heerlijke moshnummers. Op The Walking Dead komen net wat langere structuren voor en samen met een heerlijk refeintje heb je zo één van de beste nummers van de cd. De toetsen van Marta Peterson geven Bleeding Through net dat unieke dat je niet zo makkelijk vindt in deze hoek van de metal. Op Trail Of Seclusion speelt ze een orgelintro á la Deep Purple. Erg gaaf. Dat de track daarna gewoon weer het gewoonlijke raggen-voor-je-leven-of-sterf festijn is maakt niet uit. Met Entrenched krijgen we nog een klapper van jewelste en dan sluit Back To Life het geheel netjes af, met een sfeervol outro.

The Great Fire is sneller, bruter, bozer en sfeervoller dan alles wat Bleeding Through hiervoor gedaan heeft. Een erg fijne plaat die erop gebouwd is om op los te gaan. Het is jammer dat door de korte songlengte aanvoelt als één lang schizofreen nummer. Van begin tot eind is het hakken en losgaan met slechts een paar losse puntjes. En in dat opzicht is Declaration beter, want de nummers hadden een duidelijk structuur en waren toch bruut. Het is slechts een klein minpuntje, want The Great Fire smaakt naar meer. En het werktempo van Bleeding Through kennende zou er volgend jaar al een nieuwe plaat kunnen zijn...

84/100


Iron Fire – Voyage Of The Damned

Ken je dat: van die bands die al jaren opereren in dezelfde stijl, die album na album afleveren waarop nooit wat nieuws gebeurd maar toch van bovengemiddelde kwaliteit zijn? Iron Fire is zo’n band. Al twaalf jaar en zes albums lang levert de Deense band onder leiding van zanger Martin Steene prima power metal af. Power metal in de Duitse traditie, dus zonder dikke lagen toetsen, hoge zang en teksten over feeën, draken en epische queestes, maar stevige riffs, rauwe zang en teksten over...metal, draken en zwaarde.

Ok, de teksten zijn behoorlijk afgezaagd. Hoewel, op Voyage Of The Damned valt het mee. De teksten richten zich wat meer op science-fiction fantasy dan op de gebruikelijke sword and sorcery. De toetsen worden ook wat meer bovengehaald waardoor er in sommige nummers toch wel een symfonische ondertoon zit. De gitaar blijft echter het lead instrument.
We worden meteen keihard het album binnengetrokken met Enter Oblivion OJ-666, een keihard power metal nummer met woest ratelende bassdrums. Power metal volgens het boekje, fijn nummer. Op Taken doet een verassend element zijn intrede: grunts. Ja, grunts op een power metal album! Ik weet niet of het een gastzanger is of dat Martin Steene ze zelf doet, maar ze klinken erg goed. Zonder de grunts zou het epische Leviathan niet goed overkomen. Een erg prettig nummer met fijne riffs en een leuk refrein. Toetsen leuken het geheel een beetje op, maar nog steeds ligt de focus op de riffs.
The Final Odyssey is de ballad van het album. Op zich is het geen slecht nummer, maar de stem van Martin Steene is minder geschikt voor ballades. De instrumentatie is wel erg goed. Misschien komt het omdat ik er de laatste tijd veel naar luister, maar het doet me wel een beetje aan Ayreon denken. Misschien een tip voor Arjen Lucassen?

De titeltrack steekt qua lengte torenhoog boven de andere nummers uit, tien minuten durend epos. Dit is typisch zo’n nummer dat alle elementen van een band in zich heeft: traditionele metal, een uitgebreide brug met verschillende transities en brede symfonische arrangementen, een  gastzanger (Nils K. Rue van Pagan’s Mind), een bruut stuk gevolgd door een soft stuk en meezingbare coupletten. Een uitstekend nummer en het beste van het album.
Hierna vervalt het album een beetje. Hoe vaak je ook luistert, With Different Eyes, Dreams Of The Dead Moon en Verge To Collide zijn gewoon minder sterk. Het woeste Realm Of Madness weet de eer nog wat te redden door de focus wat meer op de toetsen te leggen. De zanglijnen zijn erg sterk en zeer headbangbaar.

Voyage Of The Damned is op zich een goede power metal plaat geworden. Er staan zeker goede nummers op, waaronder Enter Oblivion OJ-666, Slaughter Of Souls, Leviathan en de titeltrack. Het is jammer dat de tweede helft van het album gewoon minder goed is dan de eerste. Maar toch is Voyage Of The Damned een vermakelijk album geworden. Gewoon lekker voor af en toe.

75/100


KoRn – The Path Of Totality

KoRn is allang een gevestigde waarde. Pioniers van de nu-metal sound. De logge ritmes van weleer hebben plaats gemaakt voor een iets gematigder geluid, maar met de komst van Ray Luzier op drums werd in 2010 weer een move naar het oude geluid gemaakt. Medio 2011 kwam er een voorproefje op internet en wist KoRn de hele community te shokeren. Op het nummer ‘Get Up’ werkte de Amerikanen samen met de bekende dubstepproducer Skrillex. En later bleek dat het hele album in samenwerking met dubstepproducers zal worden gemaakt.

Sommigen waren boos, anderen blij. De top van de dubstep-scene is vertegenwoordigd op het album. Skrillex, Kill The Noise, Excision, Downlink en ons eigen NOISIA. De trage ritmes van dubstep blijken erg goed te passen binnen de muziek van KoRn. KoRn heeft ook veel nummers met datzelfde tempo. De gitaren zijn naar de achtergrond gegaan (maar nog wel aanwezig) en deels vervangen door de bekende wobbles. Dit resulteert in keiharde nummers als Chaos Lives In Everything, Narcissistic Cannibal en Burn The Obedient. Maar ook een een wat experimenteler stuk dat Sanctuary heet.

KoRn weet een leuke draai te geven aan een populair genre. Het is een vernieuwend album geworden, geen grote verassingen en helemaal geen snelle ritmes, maar toch zeer vermakelijk. Door de verschillende artiesten die meewerken zijn de nummers erg gevarieerd. Dit is niet voor iedereen maar fans van dubstep, elektronische metal en misschien industrial zouden KoRn zeker een kans moeten geven. Ze tellen wel degelijk nog mee.

88/100


Rituals Of The Oak – Come Taste The Doom

Rituals Of The Oak...de naam deed bij mij geen belletje rinkelen. Wat research wees uit dat het hier een Australische doom metalband betreft die sinds 2008 actief is en op het punt staat hun tweede album uit te brengen. Zo intrigerend als de bandnaam is, zo clichématig komt de albumtitel over. Come Taste The Doom...dat mag toch wat beter.

Als ik zeg dat het album ruim 40 minuten duurt en 5 nummers heeft weet je al hoe laat het is. Het kortste nummer duurt 5,5 minuten, de twee langste rond de elf minuten. 40 minuten klassieke doom metal van het zuiverste soort met een erg analoog overkomende productie. Het heeft wel zijn charme maar de gitaar klinkt soms wat eenzaam. Curiosum van dienst is zangers Sabine Hamad. Doom metal met een zangeres zie je niet vaak. Sabine zingt laag en traag, haar stem past goed bij de muziek. De band leunt wel veel zwaarder op de gitaren, en soms komt het dan ook over alsof de zang losstaat van de muziek.
Het grote probleem met deze plaat is het feit dat er geen herkenningspunten in de nummers zitten. Ik mis aanknopingspunten en dan heeft deze muziek wel nodig. De zang van Sabine kan na verloop van tijd behoorlijk monotoon worden en als de band dan acht maten over één akkoord doet helpt dat de herkenbaarheid niet veel in de hand. Het akoestische intro van On The Sixth Moon is dan weer erg mooi en zeer geslaagd. Maar Serpentine Tongues is daarentegen gewoon saai. En dat vals gezongen stukje in het midden is gewoon slecht.

Ik kan me indenken dat voor liefhebbers van traditionele doom metal dit een prachtige plaat is. Maar ik heb graag herkenningspunten in mijn muziek. Als die ontbreken haalt dat de waardering heel erg naar beneden. Ik heb de indruk dat deze plaat live ingespeeld is en dat is helemaal toppie, maar er zitten geen overdubs in en soms klinkt het leeg. Wat gitaarharmonieën hadden geen kwaad gekund vind ik. Come Taste The Doom is echt geen slechte plaat, maar ik mis herkenbaarheid, melodie en stiekem ook de Wall Of Sound die zo kenmerkend is voor doom metal. Come Taste The Doom gaat wat mij betreft in het vakje ‘voor de liefhebber’.

62/100




JUKEBOX


Lamb Of God - King Me
Svartby - Done With The Wind
Caliban - Memorial
Bleeding Through - The Walking Dead
Iron Fire - Leviathan
KoRn - Burn The Obedient (Feat. NOISIA)
Rituals Of The Oak - Here
Heidevolk - Een Nieuw Begin
Meshuggah - Break Those Bones Whose Sinews Gave It Motion
Epica - Storm The Sorrow


Stay metal \,,/