donderdag 19 mei 2011

The hardrock is strong in this one...

Het is een goede tijd om retro te zijn. Retrobands zijn hot. Groepen als Wizard, Enforcer en Airbourne brengen de goede oude hardrock van weleer terug. Degelijke rock, zoals AC/DC, Deep Purple, Led Zeppelin en Rose Tattoo die maakten. Uit de tijd dat Saxon nog hard rock was. Toen onze vaders met spijkerjacks en lang haar rondliepen en onze moeders fan waren van Francis Rossi omdat ie van dat mooie haar had. Toen mannen mannen waren, en make-up uit den boze was. Toen het stoer was om niet te doen wat je gezegd werd. Toen het mannelijk was om als een gecastreerde tekkel te zingen. Die tijd. Wat een mooie tijd. Ik wou dat ik toen geboren was, dan deed ik me te goed aan alle hardrock heerlijkheid die er bestond. Hardrock legde toch de basis voor de metal. En voor mij begon alles toch met Led Zeppelin, Status Quo en Queen. Ik geniet er in ieder geval met volle teugen van. Het kan mij niet oldschool genoeg. Rock on, freaky bro!

REVIEWS

Anaal Nathrakh – Passion

Anaal Nathrakh staat in Nederland vooral bekend om de grapjes die over de naam gemaakt worden. De band, bestaande uit multi-instrumentalist Mick ‘Irrumator’ Kenney en vocalist Dave ‘V.I.T.R.I.O.L.’ Hunt blinkt al jaren uit in het maken van gestoorde, hysterische black metal met grind, industrial- en death invloeden. De gestoorde zang van Hunt is werkelijk uniek en ongehoord bij welke band dan ook. Anaal Nathrakh werdt op Domine Non Es Dignus (2004) uitgescholden omdat ze cleane zang gingen gebruiken, iets dat op het walgelijke The Codex Necro (2001) raar zou staan. Op Eschaton (2006) en vooral op Hell Is Empty..And All The Devil’s Are Here (2007) werdt dit aspect verder uitgediept en bleek dat de zang als contrast op de gillen en schreeuwen verbazingwekkend goed werkte. In The Constellation Of The Black Widow (2009) nam een tikje toe op de extremiteitsladder maar hield de melodieuze elementen stevig geïntergreerd.

Passion keert terug naar Domine Non Es Dignus. In de zin dat de waanzin en hysterie weer teruggekeerd is. Er staan een paar korte nummers op, die teruggrijpen naar de grindcoreinvloeden. Wellicht een overblijfsel van Fukpig waar Mick Kenney ook deel van uitmaakt? Het zijn de meest chaotische tracks van AN tot nu toe. Vooral Post Traumatic Stress Euphoria scoort hoog bij mij. Wat een nummer. Een explosie van riffs, geprogrammeerde drums en schreeuwen. Who Thinks Of The Executioner is langer maar tapt uit ongeveer hetzelfde vaatje.
Maar de AN songs zoals we die sinds Eschaton kennen zijn er ook. Volenti Non Fit Iniuria is de eerste tracken begint rustig, met cleane gitaren. De zang van Hunt trapt af voor een heerlijk nummer, mét pakkend refrein. Dit nummer en Paragon Pariah zijn de ‘singles’ van het album.
Tod Huetet Uebel is pure black metal. De zanger van Bethlehem komt meekrijsen en dat hoor je. Wat een hysterische krijsen zeg! Ik kan niet horen wie wat zingt. Als de stembanden van die kerel niet finaal aan gort gescheurd zijn is hij echt een robot. Of hij gorgelt met azijn.

De grote verassing is Drug – Fucking Abomination, een nummer van ruim zeven minuten. Ja, zeven minuten! De eerste drie minuten zijn een uitgerekt crescenso van riffs en spanning waarna alles uitbarst in een echte Anaal Nathrakh song. Heer-lijk.
Met het noise/industrial beinvloedde Ashes Screaming Silence en het nietszeggende outro Portrait Of The Artist komt er een eind aan dit halfuurtje van waanzin.

Anaal Nathrakh is erin geslaagd om In The Constellation Of The Black Widow compleet te overtreffen. Alles is fantastisch gedaan, de zanglijnen, de riffs, de mix tussen catchy en brute metal, alles. Heerlijk schijfje. Niet voor iedereen weggelegd, maar voor hen die het waarderen is het een juweel. Jaarlijstmateriaal!

95/100


Bullet - Highway Pirates

Iedereen die mijn blog leest of die me kent weet dat ik gek ben op traditionele hard rock zoals AC/DC en tegenwoordig Airbourne die maken. Bullet is ook zo’n AC/DC kloon. De aanbidding ligt er iets minder dik bovenop dan bj Airbourne, maar deze heren komen dan ook uit Zweden.

Highway Pirates is het derde album van de band en gaat verder waar Bite The Bullet ophield. Wat nou experimenteren, gewoon rocken is het devies. Keiharde riffs vliegen je om de oren en de Bon Scott/Udo Dirkschneider-achtige stem van Dag Hell Hofer dringt diep door tot in je hard rock ziel. Pompende bas en beukende drums, zo zie ik het graag. Probeer je hoofd maar stil te houden op knallers als Heavy Metal Dynamite, Highway Pirates en Back On The Road. Ja, het is allemaal erg cliché en standaard maar de uitvoering is uitstekend. Je kan elk nummer opzetten en meezingen want het zijn allemaal sterke nummers. Citylights doet zelfs wat aan You Shook Me All Night Long denken.

Highway Pirates is exact geworden wat je verwacht van Bullet na Bite The Bullet. Heerlijk plaat om lekker hard te draaien. Niet uniek, dat is waar, maar als het goed klinkt, wie maalt er dan of het uniek is of niet. Gewoon rocken met die handel!

80/100

Samael – Lux Mundi

Met een nieuw album van Samael weet je nooit wat je precies kan verwachten. Sinds de switch naar elektronische metal met Passage (1996) weet je nooit wat voor mengsel de Zwitsers nu weer hebben bedacht. Eternal (1999) was duister en experimenteel, Reign Of Light (2004) was vooral elektronisch en catchy, Era One (2005) was gewoon apart, Solar Soul (2007) bracht de gitaren weer terug en Above (2009) was pure black metal. Dus wat zou Lux Mundi ons brengen?

Lux Mundi brengt ons pure Samael zoals dat hoort. Een mix van Passage en Solar Soul is de beste beschrijving. Zwaar elektronisch, maar tegelijkertijd pakkend en duister. De keyboards zijn nog steeds prominent maar op nummers als Luxferre en The Shadow Of The Sword zijn tracks met stevige gitaarpartijen. Of War en Antigod zijn loodware tracks waarin de lage zang van Vorph goed tot zijn recht komt. Beide nummers hebben heerlijk stampende ritmes waarop je heerlijk kan headbangen. Het mooie aan Samael vind ik dat, zelfs al weet je dat de drums geprogrammeerd zijn, ze toch levensecht klinken. Iets dat wellicht komt omdat bandleider/toetsenist/percussionist Xy de bekkens wel live inspeelt. Samael is in staat om prima refreinen te schrijven die qua pakkendheid niet moeten onderdoen voor de gemiddelde power metal band. In Gold We Trust is een nummer met zo’n refrein. Het is trouwens ook één van de nummer waarop de band eens goed het gaspedaal intrapt. Ook The Truth Is Marching On gaat er lekker tegenaan met brute blastbeats. Sterker nog, het is wellicht het snelste nummer van Samael sinds de black metal periode!

Een Samael album is niet compleet zonder experimenten. Pagan Trance heeft hypnotiserende coupletten met exotische trommeltjes. In The Deep is een beetje slepend en bevat indiase invloeden, maar je moet goed luisteren voor je het hoort. Verder worden er geen verassende dingen gedaan, maar komt het vooral uit subtiele loopjes en melodieën.

Samael staat na 24 jaar nog altijd aan de top van de scene. Ik weet het, de vergelijking is cliché, maar de band is als een goede whiskey: Beter naar mate hij ouder wordt. Dit is waarschijnlijk Samael’s beste album sinds Passage. Alle nummers klinken anders en toch vertrouwd. De productie is perfect, en in tegenstelling tot Above kan je Vorph gewoon horen zonder je best te doen. De toetsen zijn gevarieerd, de gitaren stevig en de zang moddervet. Samael bevestigt maar weer eens hun status als één van de meest vooruitstrevende bands van de metal. Fans van elektronische metal moeten deze zeker aanschaffen.

92/100


Scar Symmetry – The Unseen Empire

In 2009 bezorgde Scar Symmetry ons een vieze smaak in de mond. Het jaar daarvoor was zanger/boegbeeld Christian Ålvestam uit de band gezet wegens meningsverschillen. Om hem te  vervangen werden maar liefst twee vocalisten aangetrokken, Lars Palmqvist voor de cleane zang en Roberth Karlsson voor de grunts. Op hun eerste wapenfeit, Dark Matter Dimensions, kwamen de twee niet goed uit de verf. Het materiaal was eerder geschreven dan de teksten en de heren moesten hun plekje nog vinden. Anno 2011 hebben ze hun weg binnen de melodieuze metaleenheid helemaal ontdekt.

The Unseen Empire is het vijfde album van de Zweedse band en voor mij samen met Pitch Black Progress hun beste. De zang klinkt stukken beter dan op het vorige album. De lijnen zijn pakkend en loepzuiver, vooral Palmqvist imponeert hier. De muziek is een stuk proggiër geworden. Keyboards zijn aanwezig in de mix maar ze staan niet op de voorgrond. Ze kabbelen rustig voort achterin de mix. Af en toe komt er een Dark Tranquillity-achtig geluidje naar voren maar daar blijft het bij. De riffs zijn oerzwaar en melodieus, precies wat we verwachten. Op tracks als Rise Of The Reptilian Regime en The Anomaly wordt een simpeler, pakkender geluid gebruikt dan op het brute en redelijk progressieve Illuminoid Dream Sequence. De meeste nummers kiezen toch wel de gulden middenweg en dit maakt van Seers Of The Eschaton, Extinction Mantra en The Draconian Arrival heerlijke metalnummers. Ik reken Astronomicon tot één van de beste intro’s ooit. Het begint melodieus en je verwacht dat ze zo verdergaan, maar in plaats daarvan knalt er een moddervette riff uit je speakers.  Ook Extinction Mantra is erg vet, vooral het refrein.

Met The Unseen Empire spoelt Scar Symmetry ons de vieze smaak van Dark Matter Dimensions uit de mond. Een heerlijk gitaargedreven album met de nodige sci-fi tintjes om bij de teksten te passen. De teksten heb ik altijd gaaf gevonden. Ik kan de nieuwe progressieve tintjes zeker waarderen, het maakt Scar Symmetry tot een topband. Lekker album om hard te draaien!

87/100

Rival Sons – Pressure & Time

Rival Sons is een jonge Amerikaanse band. De leden zijn allemaal tussen de twintig en dertig. Maar ze trekken zich niks aan van alle trends in de muziekwereld. Deathcore, metalcore, emo, het zal ze koud laten. Nee, deze jongens reizen liever terug in de tijd naar de jaren ’70, toen Led Zeppelin en The Doors de dienst uitmaakten.

Rival Sons maakt jaren  70 hardrock/bluesrock met Led Zeppelin als voornaamste invloed. Dit alles gaat gepaard met een sfeer die gewoon  ‘vinyl’ ademt. Frontman Jay Buchanan heeft een herkenbaar geluid met een intonatie die aan Robert Plant doet denken. Deze stem gaat de band voor in lekkere rockstampers als All Over The Road, Get Mine en Young Love. De productie is lekker ouderwets en dat komt de sfeer van de plaat zeker ten goede. Ik heb alleen beschikking over een mp3 versie, maar het klinkt als een vinylplaat. Het zou me ook niks verbazen als deze schijf alleen op vinyl uitkomt. Ik zou het geld er wel voor over hebben.
Wat ook erg jaren ’70 is: de nummers zijn allemaal ongeveer drie minuten lang en de plaat duurt maar een half uurtje. De perfecte lengte voor een paat als dit.
Er staan ook psychedelische invloeden op. Het langzame Only One heeft mooie hammondorgels en dat is altijd een pluspunt. De rocknummers zijn gelukkig in het voordeel. Ik daag iedereen uit om Burn Down Los Angeles keihard op te zetten en niet te gaan rocken!

Dit is gewoon een lekkere plaat. De vintage-sfeer van dit album is geweldig. Ik heb altijd van deze rock gehouden en dit ligt gewoon precies in mijn straatje. Love it!

80/100


JUKEBOX

maandag 9 mei 2011

Finally it has happened!

Ik moet serieus meer gaan bloggen, mijn frequentie is zwaar afgenomen. Maar neem het me niet kwalijk, school is een bitch. De goede releases zijn ook iets minder voorkomend. Maar mei belooft heel wat. Anaal Nathrakh, Amorphis, Hammerfall, MaYan, Alestorm en Arch Enemy! Verwacht reviews van die bands en meer. Verwacht ook een review van Rival Sons, wat een lekker bandje. Old-school hardrock/bluesrock zoals die in de jaren '60 en '70 gemaakt werdt. Het schijnt trouwens in te zijn om retro te klinken. Graveyard kan er ook wat van. Het is wel een ontwikkeling die ik toejuich want die klassieke rock is tijdloos. Wellicht ga ik Graveyard ook reviewen. Maar voor nu heb ik Midnattsol, Illdisposed en voor de tweede keer een album waar ik NIET lovend over ben!


Septicflesh – The Great Mass

Septicflesh knalde iedereen finaal van zijn sokken toen in 2008 Communion uitkwam. Niemand had gedacht dat de band na een break van een paar jaar zo sterk terug zou komen. Er zijn ook mensen die vinden dat Communion niet overtroffen kan worden. Die mensen zitten dus goed fout.

De elektronische elementen die eerdere albums nog versierden waren op Communion al zeldzamer maar op The Great Mass zijn ze helemaal verdwenen. Het orkest neemt nu deze taak op zich. Maar Septicflesh is anders dan andere bands. Waar andere bands het gebruiken als een aanvulling of een sfeermaker (Nightwish valt in beide categorieen) is het orkest bij Septicflesh compleet onderdeel van de muziek. Haal het weg en je hebt niks meer. Dat is een voordeel én een nadeel, maar toch vooral een voordeel. Want wat een sound heeft dit album!
Het orkest vlecht zich door de brute riffs en laat het geheel bombastisch klinken zonder kitscherig te zijn. De songs zijn sfeervol en weten de spanning uitstekend op te bouwen. The Vampire From Nazareth begint met een sinistere jongenssopraan en blast dan zijn weg door je speakers. Seth Anton heeft een heerlijke grunt. Vanaf A Great Mass Of Death doet de cleane zang van Sotiris Vaneyas zijn intrede. Zijn herkenbare geluid contrasteerd mooi met de ruige grunts.

Pyramid God is pakkender maar valt halverwege in een duister klinkend stuk waarin het orkest de dramatiek verhoogt. Dit is een theatraal album en dat zal je weten ook.  Het hele album is hoogtepunt na hoogtepunt maar vooral Oceans Of Grey, Apocalypse, Five-Pointed Star en Mad Architect steken er bovenuit. Een gemakkelijk album is dit absoluut niet. Je hebt minstens vijf luisterbeurten nodig voor je de muziek op het minimale niveau kan doorgronden en nog tien voor je alle nummers kent. En zelfs dan ontdek je nog nieuwe dingen!

Septicflesh heeft het voor elkaar gekregen om Communion te overtreffen. Maar je zal hem vaak moeten luisteren voor je de ware schoonheid kan doorgronden. Nergens zal je een band vinden die het orkest zo goed heeft geïntegreerd in hun sound. En de sfeer die de band neer weet te zetten is geweldig. Dit album is enig in zijn soort. Verplichte kost voor de fan van vooruitstrevende metal!

94/100

Midnattsol – The Metamorphosis Melody

Midnattsol kan je in veel opzichten het kleine zusje van Leaves’ Eyes noemen. Letterlijk zelfs want zangeres Carmen Elise is het kleine zusje van Liv Kristine. Muzikaal bedienen beide bands zich van ongeveer dezelfde muziek, met verschil dat Midnattsol minder folkinstrumenten gebruikt.

De derde schijf van het Duits/Noorse zestal (nu zonder Ahab leden Daniel Droste en Christian Hector) is in essentie ‘meer van hetzelfde’. Gelukkig is het wel weer prima uitgevoerd. De nummers zijn lang en wellicht moeilijk om in één keer te bevatten.
Gelukkig zijn nummers als The Metalorphosis Melody, Kong Valemons Kamp en Motets Makt juweeltjes in hun soort. Weelderige symfonische arrangementen met lichte folkinvloeden maar zonder de macht van de gitaar te verliezen. Zelfs Goodbye, een keltisch klinkende akoestische ballad is erg mooi.

En toch mis ik iets, iets dat Leaves’ Eyes wel had op hun laatste plaat. Wellicht komt het door de lengte van de nummers maar mijn aandacht verslapt soms. Ik kan echter niet ontkennen dat Midnattsol een prima plaat heeft gemaakt. Misschien niet iets dat helemaal mijn ding is maar dat de liefhebber van symfonische female fronted metal zeker kan bekoren.

70/100

Winds Of Plague – Against The World

Winds of Plague moet wel een van de meest gehate bands ooit zijn. Of het nou om hun poserlooks gaat, het feit dat ze deathcore maken of omdat ze die deathcore aanlengen met liters keyboards, gehaat worden ze toch wel. Against The World is alweer het vierde album, en zal vast wel weer stevig de grond ingeboord worden.

Heb ik een hekel aan Winds Of Plague? Niet per se. Ik kan hun symfonische aanpak best waarderen, maar ik irriteer me aan hun ‘kijk wij zijn hip’ uiterlijk. Maar het gaat toch om de muziek. Nou nee, deze band werkt gewoon niet voor me. 85% van de muziek is een breakdown en dat is serieus irritant. Een breakdown doe je als het nummer erom smeekt en in het uiterste geval als je niks meer kan verzinnen, maar niet als hoofdstructuur. Soms zit er nog wel een nummer in dat varieërt, zoals Built For War, maar de kinderachtige tekst haalt ook dat nummer naar beneden. En dat mag je over elk nummer zeggen. Godverdomme, het is nonstop breakdownritme na breakdownritme! En dat is saai. De teksten zijn bijna alleen maar ‘kijk eens, ik ben stoer’ met overmatig veel ge-fuck. Het enige nummer dat ik niet als irritant ervaar is Refined In The Fire. Dat is ook breakdown na breakdown maar het is een stuk pakkender beter dan de andere nummers.
De gitaar is trouwens alleen maar ‘chugga chugga chugga’, en ook dat is zwaar vervelend, echte riffs komen nooit voorbij.
California lijkt wel een rap/hardcore nummer met metalgitaar! En alleen afsluiter Strength To Dominate gaat richting death metal. Maar ik moet zeggen dat Most Hated ook best goed is, de breakdown is tenminste wat anders. En de piano geeft een mooi effect.

Dit is geen deathcore, deathcore is een mix tussen death metal en hardcore, dit is hardcore hardcore metal. Alleen de zang is af en toe death metal maar lijkt meer op hardcore. De keyboards geven het geheel wel meer variatie en afwisseling dus dat is goed. Maar dit is gewoon een erg matig album. Alle nummers lijken op elkaar en met maar drie echt goede nummers haal je het niet. Maakt niet uit hoeveel worstelaars er mee zingen. Vermijden, tenzij je van extreem clichématige ‘deathcore’ houdt. Blegh, even de vieze smaak uit mijn mond spoelen.

35/100

Illdisposed – There Is Light (But It’s Not For Me)

Denemarken is het nét niet. Het zit niet vast aan de rest van Scandinavië, er komen geen vikingen vandaag, op Volbeat en Hanson na geen gigantische namen en Lego heeft meer naamsbekendheid dan Kopenhagen. Wat de Denen wel goed kunnen is stompende death metal maken. Dat bewijzen bands als Hatesphere en Panzerchrist. En Illdisposed timmert ook al hard aan de weg. Geleid door brulboei Bo Summer, die ook jaren bij Panzerchrist zong en de klassiekers Soul Collector, Room Service en Battallion Beast vol brulde, brengen ze hun tiende (!) album uit. Maar dit album is niet helemaal geworden wat ik ervan verwacht had...

Rustig maar, dat is geenzins slecht bedoeld. Ik had me voorbereid om een pot lompe death metal in de trant van Panzerchrist, maar wat ik kreeg was...wel death metal...maar met een teringlading aan keyboards! En ik ga het nu meteen zeggen: wat een toevoeging zeg! Ik kan dit zeker waarderen, hoewel ik me heel erg kan voorstellen dat een hoop fans de band dit heel erg kwalijk gaan nemen. En geef ze eens ongelijk he.
De beukende metal is iets teruggehoudener in tempo maar zeker niet minder heavy. Het geheel is melodieuzer en dat werkt wel goed. Nummers als The Taste Of You en de loodzware opener Your Own Best Companion zijn nog steeds lekkere beuknummers maar door de alomaanwezige toetsen is de variatie een stuk hoger en klinkt het album uniek. Keyboardsolo’s kan je hier bijna niet op vinden, de gitaar blijft het leadinstrument en de toetsen zijn alleen achtergrond en sfeer. Alleen We heeft een korte solo.
Step Into My Winter klinkt als een doom metal nummer maar is één van de snelste en meest thrashy nummers op het album. En ook Rape is een lekker nummer. Beginnend met een creepy gesproken intro en dito keyboards ontpopt het nummer zich tot een industrial metal beuker met riffs á la Rammstein.

Illdisposed slaat een heel aparte weg in. Gecombineerd met het artwork dat mij aan Crash Love van AFI deed denken zou het kunnen dat ze hun oude fans van zich vervreemden. Maar tegelijkertijd kunnen ze ook nieuwe fans aantrekken. Mij bevalt deze nieuwe route in ieder geval wel. Het zal me benieuwen wat ze met de opvolger gaan doen.

82/100

JUKEBOX

Stay metal \,,/